Michael Critchfield legt uit hoe het toewijzen van het fysieke adres door ETS via het serienummer de automatische integratie van nieuwe apparaten mogelijk maakt, zonder dat u op de programmeertoets hoeft te drukken.
De traditionele manier om individuele adressen toe te wijzen
Eenvoudig gezegd werkt de KNX installatiebus doordat alle deelnemende apparaten weten wie ze zijn en tot wie ze zich richten wanneer ze communiceren. We doen dat door aan elke busdeelnemer een Individueel Adres (IA) toe te wijzen en te communiceren in termen van telegrammen die Groepsadressen (GA’s) of Groepen worden genoemd.
Om ervoor te zorgen dat een fysiek apparaat bij installatie het juiste individuele adres krijgt, hebben alle KNX apparaten een programmeermodus. De activering hiervan op een apparaat gebeurt op verschillende manieren, bijvoorbeeld door op een knop op de achterkant te drukken. Hierdoor kan ETS het KNX apparaat identificeren en koppelen met de digitale tweeling in het ETS Project.
Deze vertrouwde methode werkt goed en is de basis van elke KNX-installatie, maar vereist wel fysieke toegang tot alle apparaten, waaronder bijvoorbeeld een weerstation op het dak van het gebouw. Dit kan een aanzienlijke inspanning vergen, afhankelijk van wanneer de individuele adressen naar de KNX apparaten moeten worden gedownload.
Automatische toewijzing
Met ETS6 kan de gebruiker rekenen op een baanbrekende verbetering. KNX apparaten hebben tegenwoordig unieke serienummers. Dit geldt vooral voor alle KNX Secure compatibele apparaten.
Wanneer de gebruiker probeert om het individuele adres naar een KNX apparaat te downloaden en het serienummer bij ETS bekend is, stelt het automatisch voor om dit te gebruiken om het fysieke apparaat op de bus te identificeren. Dit betekent dat de gebruiker niet langer fysieke toegang tot apparaten hoeft te hebben om de programmeermodus te activeren.
Om deze functie in te schakelen, moet de gebruiker de serienummers toevoegen aan de apparaten in het ETS-project. Dit kan met een camera, 2D barcodescanner of toetsenbord. Voor KNX Secure compatibele apparaten gebeurt dit in één stap wanneer u de FDSK (Factory Default Setup Key) aan het ETS project toevoegt op de aangegeven manier. In dergelijke gevallen profiteert de gebruiker automatisch van deze geweldige nieuwe functie en van versleutelde communicatie.
Conclusie
ETS zal voorstellen om automatisch het Individuele Adres aan dit apparaat toe te wijzen als ETS het serienummer van een specifiek apparaat in het project herkent. Deze functie vereenvoudigt het instellen en uitbreiden van KNX-systemen, waardoor het voor installateurs en integrators een doorbraak is omdat het tijd en complexiteit vermindert. Afhankelijk van gewoontes, workflow en projectgrootte of -omstandigheden kan de ETS-gebruiker ervoor kiezen om de voorgestelde optie te accepteren om tijd te besparen en verwarring te voorkomen door de juiste apparaten correct te identificeren.
Maak er een gewoonte van om serienummers van apparaten toe te voegen aan de apparaten in uw ETS-project en probeer deze geweldige functie de volgende keer dat u een Individueel Adres downloadt!
Michael Critchfield is de ETS Product Manager bij KNX Association.